Tagarchief: kiel-windeweer

Status nieuw winningsplan Nedmag

17 augustus 2020 | Stop Zoutwinning |

Concept-besluiten vergunningen
Afgelopen juni legde het ministerie voor Economische Zaken en Klimaat de (ontwerp) instemmingsbesluiten ter inzage voor het nieuwe winningsplan en andere vergunningen van Nedmag. De besluiten sloegen in de regio in als een bom: zelfs negatieve adviezen van het Staatstoezicht op de Mijnen werden in de wind geslagen. Veiligheid kwam, zoals zo vaak, op het tweede plan. Omwonenden van de magnesiumzoutwinning laten het er niet bij zitten. De risico’s van de winning vallen, mede getuige de ernstige calamiteit (een ondergrondse lekkage van pekel én diesel in april 2018), niet te ontkennen.

Zienswijzen
Stichting Stop Zoutwinning heeft samen met Bewonersgroep Borgercompagnie een ondubbelzinnige zienswijze tegen het nieuwe winningsplan van zoutmijnbouwer Nedmag opgesteld die geen spaan heel laat van het winningsplan van Nedmag en van de concept besluiten.

Deze zienswijze is nu bij het ministerie ingediend namens de beide groeperingen, maar ook namens de Groninger Bodembeweging en dorpsverenigingen uit Kiel-Windeweer, Kalkwijk en Annerveenschekanaal. De steun voor de zienswijze uit de hele regio is ongekend, ook ongeveer 550 particulieren hebben de zienswijze ondertekend!

Gemeente Midden-Groningen heeft ook een zienswijze ingediend, net als de andere lokale overheden in de regio. Midden-Groningen wil dat Nedmag de zoutwinning afbouwt. Midden-Groningen maakt zich grote zorgen over het experimentele karakter van deze vorm van zoutwinning, de onbeheersbaarheid van de bodemdaling en de onomkeerbaarheid daarvan en de gevolgen van het grootschalige gebruik van dieselolie. Bij de inwoners is sprake van gestapelde effecten van mijnbouw en Midden-Groningen is van mening dat de inwoners al erg genoeg getroffen zijn door de onzekerheden, de schades en de veiligheidsaspecten ten gevolge van de gaswinning. Er is een grens aan wat men mag en kan verwachten van inwoners.

Binnenkort informeren wij iedereen die de zienswijze van Stop Zoutwinning medeondertekend heeft over het vervolg, de gang naar de Raad van State.

Nedmag toont ware aard in zienswijze

28 juli 2020 | Stop Zoutwinning

De zienswijze van Nedmag op de ontwerpbesluiten van het Ministerie voor Economische Zaken en Klimaat toont de ware aard van Nedmag. Minister Wiebes geeft het bedrijf – tegen het advies van het Staatstoezicht op de Mijnen in – al álles waar ze om vroegen maar dat is voor Nedmag nog niet genoeg.

Nedmag wil geen onafhankelijk garantiefonds, probeert het ministerie met een fooi af te kopen en laat de belastingbetalers opdraaien voor het grootste deel van de kosten.

Vergunningen
In juni dit jaar legde het Ministerie voor Economische Zaken en Klimaat het (ontwerp) instemmingsbesluit ter inzage voor het nieuwe winningsplan en twee ontwerp omgevingsvergunningen van Nedmag. Tegen het advies van het Staatstoezicht op de Mijnen in wordt toegestaan om de winning uit één van de bestaande putten te hervatten. Uit stukken van het ministerie blijkt overduidelijk dat de motieven economisch zijn. Waar Nedmag zich in interviews erg tevreden toonde, en zelfs aangaf “het slim gespeeld te hebben”, laat het bedrijf in haar zienswijze pas echt haar ware aard zien: Deze zienswijze gaat alleen over geld. Meer specifiek, over geld besparen. De burgers draaien voor het merendeel van de kosten op en die kunnen ook nog eens vele malen hoger worden. Er zit nog steeds 45 miljoen liter diesel in de grond, een toekomstige milieuramp van ongeëvenaarde proporties, en Nedmag probeert het ministerie met een fooi af te kopen.

Waarborgfonds
De zienswijze van Nedmag draait grotendeels om één heikel punt: het onafhankelijk waarborgfonds dat het ministerie door het bedrijf wil laten instellen. Nedmag zegt het hiermee eens te zijn, maar probeert er onderuit te komen door te stellen dat dit waarborgfonds niet via het nu voorliggende instemmingsbesluit geregeld hoort te worden. In de plaats is Nedmag bereid “een bankgarantie van 2.5 miljoen euro” af te geven. Dat klinkt als een substantieel bedrag, maar voor iedereen die ook maar iets van mijnbouw afweet is het overduidelijk dat dit eigenlijk een schijntje is. Het afbouwen van de zoutwinning duurt volgens Nedmag 25 jaar. Dat is een ton per jaar. Gaan dan 2 parttimers samen alles met de hand opruimen? Of probeert Nedmag het ministerie hier een historische loer te draaien?

Bezwaren
Stichting Stop Zoutwinning heeft principiële bezwaren tegen de zienswijze van Nedmag:

  • Een bankgarantie biedt onvoldoende zekerheid, SodM adviseert niet voor niets een onafhankelijk fonds.
  • Nedmag moet álle kosten betalen van de gevolgen van hun zoutwinning maar noemt alleen de abandonneringskosten en de kosten van de extra benodigde civieltechnische installaties van het waterschap ten gevolge van extra bodemdaling. Zelfs alleen daarvoor is de voorgestelde bankgarantie bij lange na niet genoeg
  • Nedmag zwijgt over alle overige kosten en de enorme financiële risico’s, onder andere:
    • De maatregelen door het waterschap en het onderhoud daarvan moeten over een zeer lange periode betaald worden, deels zelfs voor altijd, ook als Nedmag hier al lang geen zout meer wint.
    • Schade aan de overige infrastructuur, huizen en bedrijfspanden.
    • Schade door veranderingen m.b.t. de gebruiksmogelijkheden van de gronden.
    • Milieuschade door o.a. lekkage van pekel en diesel.
    • De afvoer van afvalwater via de Veenkoloniale afvalwaterleiding (VKA).

Wie betaalt dat?
U voelt ‘m al aankomen: Nedmag wentelt deze kosten af op de burgers, de belastingbetalers mogen er voor opdraaien.

Bierviltje
Wij verzetten ons met hand en tand tegen uitbreiding van de zoutwinning in de regio, maar een onafhankelijk schadefonds blijft een vereiste: Als het recht zegeviert en de zoutwinning stopt zal er nog steeds opgeruimd moeten worden, én zullen er na-ijleffecten optreden. Deze laatste zijn onvoorspelbaar en onberekenbaar, maar de kosten van het afbouwen van de zoutwinning zijn veel duidelijker. Een snelle berekening op de achterkant van een bierviltje leert dat de kosten voor toekomstige schade, aanpassingen en onderhoud door het waterschap, en het afbouwen van de zoutwinning in de orde van grootte van 300 miljoen euro liggen. Maar dan zijn de 45 miljoen liter diesel nog niet eens uit de grond gehaald.

Overbrugging
Dat Nedmag zegt dat de bankgarantie slechts bedoeld is als overbrugging tot er nieuwe wetgeving van kracht wordt is ook niet relevant. Wetgeving waarvan de inhoud nog niet eens bekend is, laat staan de datum waarop die ingaat, is geen enkele garantie, integendeel. Nedmag zegt het in de zienswijze eigenlijk zelf al: “zolang Nedmag actief zout wint, zijn er voldoende middelen om aan de in artikel 11 genoemde verplichtingen te voldoen.” Met andere woorden: daarna draait de belastingbetaler er voor op. Ook een faillissement van Nedmag op korte termijn, waarbij de overheid, en dus de burger, voor de kosten opdraait, is helaas absoluut geen denkbeeldig scenario. Dit laatste wordt bevestigd door ontluisterende stukken van Nedmag en het ministerie die in het bezit zijn van stichting Stop Zoutwinning.

Zienswijze Nedmag-winningplan provincie Groningen

6 juli 2020 | Stop Zoutwinning

De zienswijze over het nieuwe winningsplan van Nedmag en de bijbehorende omgevingsvergunningen is op 30 juni 2020 vastgesteld door Gedeputeerde Staten van Groningen en op 1 juli 2020 goedgekeurd door Provinciale Staten van Groningen.
Tijdens de bespreking op 1 juli 2020 zijn 3 moties ingediend (Partij voor de Dieren, Partij voor het Noorden en de Socialistische Partij). Alle moties zijn met grote meerderheid verworpen.

Volgens Gedeputeerde Staten staat de veiligheid van mijnbouwactiviteiten altijd voorop, evenals een goed en rechtvaardig schadeafhandelingsproces.
Vreemd dat hier wel een rechtvaardig schadeproces genoemd wordt maar niet een rechtvaardige schadevergoeding.

En, nog belangrijker gezien de toenemende gezondheidsklachten van mensen met meervoudige schade: waarom eist Gedeputeerde Staten niet dat verdere schade voorkomen wordt? De grenzen van het toelaatbare zijn al lang bereikt. Nóg meer schade gaat de draagkracht van de mensen in dit gebied ver te boven.

Gedeputeerde Staten zegt zich wel zorgen te maken over de bodemdaling en de impact daarvan en vraagt zich af of dit gebied deze mate van bodemdaling in de toekomst wel aan kan. Waarom staan ze de uitbreiding en daarmee nóg meer bodemdaling dan toe?

En hoe is het mogelijk dat kerosine geaccepteerd wordt als “milieuvriendelijker” alternatief voor dieselolie. Volgens REACH mag deze stof toch helemaal niet gebruikt worden in situaties waar die in het grondwater terecht kan komen?
Wij vinden het onbegrijpelijk dat de provincie Groningen zulke grote risico’s neemt met ons grondwater en daarmee met de drinkwatervoorziening en de voedselproductie in onze regio.

De zienswijze en de bijbehorende documenten zijn in te zien via de agenda van Provinciale Staten van 1 juli 2020, agendapunt 3.e.

Raad Midden-Groningen unaniem achter afwijzen zoutwinning door Nedmag

3 juli 2020 | Dagblad van het Noorden | Louis van Kelckhoven |

Het college van Midden-Groningen had eerder al laten weten zich tegen verdere zoutwinning te verzetten. Dit vanwege het ontbreken van maatschappelijk draagvlak, de potentiële milieurisico’s en de leefbaarheid in het gebied.

Die zienswijze wordt op aandringen van de gemeenteraad verder aangescherpt.

Deze week werd bekend dat buurgemeente Aa en Hunze tegen verdere zoutwinning is.

Waterschap Hunze en Aa’s zou daar ‘zeer kritisch’ over zijn. Alleen de gemeente Veendam blijft als vestigingsplaats achter Nedmag staan.” Lees verder…

Aa en Hunze tegen verdere zoutwinning Nedmag, Hunze en Aa’s wil compensatie

1 juli 2020 | RTV Noord | Jeroen Willems

Naast de gemeentes Midden-Groningen en Veendam komen ook het Drentse Aa en Hunze en waterschap Hunze en Aa’s met bezwaren op het ontwerp-instemmingsbesluit zoutwinning Nedmag. [..]

Burgemeester Hiemstra: ‘Met onze inwoners blijven wij zorgen houden over de zoutwinning en de stapeling van effecten van mijnbouwactiviteiten in onze regio, zoals de gaswinning in Groningen, het gasveld Annerveen en de daardoor ontstane bodemdaling. [..]

Waterschap Hunze en Aa’s klimt in de pen vanwege de bodemdaling die de zoutwinning tot gevolg heeft. Door de zoutwinning stijgen de kosten voor het waterbeheer in het gebied fors zegt het waterschap. Lees verder…

Minister Wiebes: Het gaat toch om werkgelegenheid

1 juli 2020 | Stop Zoutwinning

Afhandeling mijnbouwschade en zoutwinning door Nedmag waren de onderwerpen in De Hofbar van 30 juni 2020.
Interviews met gedupeerden en kritische vragen aan Wiebes.

Minister Wiebes gaf daarin gewoon toe dat Nedmag WEL vanwege de werkgelegenheid mag uitbreiden. In zijn ontwerpbesluit over het winningsplan zegt hij dat dit NIET meespeelt!

En dat terwijl de EZK-woordvoerder diezelfde avond bij de infosessie van het ministerie van EZK in Veendam nog bij hoog en bij laag volhield dat werkgelegenheid NIET meespeelt.

Ook erg misleidend is dat minister Wiebes álle 800 banen in de zoutwinning in heel Nederland noemt terwijl het bij Nedmag over maar ca. 140 banen gaat.

Nedmagbesluit gebaseerd op drijfzand

26 juni 2020 | Stop Zoutwinning

Er is onvoldoende zekerheid over de juistheid, volledigheid en onafhankelijkheid van de aangeleverde informatie die als basis voor de besluitvorming en onderzoek gebruikt is (en wordt). Bij onomkeerbare gevolgen en risico’s, zoals bij de zoutwinning door Nedmag, is dat nog belangrijker dan anders.

Een zorgvuldig oordeel over de gevolgen en de risico’s van zoutwinning door Nedmag is daardoor onmogelijk. Toch beweert de overheid dat dit wel kan. Stichting Stop Zoutwinning denkt daar anders over.  

Belangenverstrengeling
De overheid heeft zelf financiële belangen bij de zoutwinning door Nedmag. EZK is, samen met de 3 noordelijke provincies, eigenaar van de NOM die 50% van de aandelen van  Nedmag bezit.  De dividenduitkeringen van Nedmag zijn volgens Follow the Money de “kurk” waar de NOM financieel op drijft. Diezelfde overheid stelt ook de regels en voorwaarden vast, is toezichthouder én handhaver. Volgens ons is dit een verregaande en ontoelaatbare belangenverstrengeling.

Bij de beoordeling van winningsplannen weegt de overheid economische belangen van mijnbouwer en schatkist af tegen veiligheids- en milieubelangen van omwonenden.

Te weinig kennis, Informatie niet betrouwbaar, onafhankelijke controle onmogelijk
De overheid doet dit op basis van door de mijnbouwer verschafte gegevens. De regels voor wat, waar, wanneer en hoe onderzoek gedaan en gemeten wordt en hoe die informatie geanalyseerd, geïnterpreteerd en gepubliceerd wordt zijn (en worden) grotendeels overgelaten aan de belanghebbende mijnbouwer. Dat zorgt voor perverse prikkels om de analyses en de rapportages niet te verbeteren. Die gegevens zijn niet allemaal voor iedereen toegankelijk of bruikbaar waardoor de juistheid daarvan niet door onafhankelijke wetenschappers kan worden vastgesteld.

Onafhankelijke controle is wel nodig omdat de mijnbouwsector er grote financiële belangen bij heeft om de risico’s te bagatelliseren en de kosten te beperken. Dat doen ze ook, daar zijn tientallen voorbeelden van. Dit geldt ook voor de overheid.

Er wordt erkend dat er onvoldoende kennis is over de gevolgen en de risico’s van zoutwinning en de cumulatie van effecten als gevolg van de overige activiteiten in de ondergrond in dit gebied.

Tijdige plaatsing van voldoende en adequate meetapparatuur is door mijnbouwers en EZK tegengehouden. Daarmee is effectief voorkomen dat de benodigde kennis opgebouwd is.

Vrijwel alle mensen met voldoende kennis om onderzoek te doen en onderzoeksinformatie en meetgegevens te kunnen interpreteren en valideren, hebben een relatie met de mijnbouwindustrie en zijn voor hun (vervolg) opdrachten van hen afhankelijk.  Door de geschiedenis van de gaswinning weten zij dat volledige openheid over gevolgen en risco’s hen in hun carrière kan schaden en weten wij dat dit risico’s voor de volledigheid en de betrouwbaarheid van de resultaten oplevert.

Gegevens die direct de veiligheids- en milieubelangen van omwonenden betreffen kunnen niet volledig gecontroleerd worden omdat ze niet allemaal openbaar zijn terwijl dat wel verplicht is volgens het verdrag van Aarhus en de Wet Openbaarheid van Bestuur.

Diverse overheden blijven zo ernstig in gebreke bij het voldoen aan hun Wob-verplichtingen dat informatie of niet of zo laat wordt aangeleverd dat burgers en maatschappelijke organisaties de mogelijkheid wordt ontnomen om die voor zienswijzen, bezwaar en beroep te gebruiken. Dit geldt ook voor EZK en SodM. Via de Wob verkregen informatie levert soms uitermate schokkende bevindingen op en blijkt dus zeker nodig voor een zorgvuldig oordeel.

Er is informatie uit rapportages verwijderd, informatie zodanig verwoord of veranderd dat de volledige waarheid verbloemd of gebagatelliseerd is en er is minstens 1 belastend onderzoeksrapport achtergehouden dat zeer relevant is voor de risico-inschatting voor het winningsplan Nedmag 2018.  Niet alleen de mijnbouwers maken zich hier schuldig aan maar ook de overheid zelf, dat is inmiddels uit zoveel  onderzoeken gebleken dat burgers er niet meer van uit kunnen gaan dat de informatie van de overheid zelf betrouwbaar is.

SodM staat bovendien toe dat Nedmag gebruik maakt van experimentele methoden, technieken en middelen die in de praktijk pas getest worden, zonder dat men weet wat de gevolgen en de risico´s zijn. Let wel, het gaat hier om onomkeerbare gevolgen voor mens en milieu. Met name de risico’s voor de drinkwatervoorziening voor Noord-Nederland en de toekomst van duurzame land- en tuinbouw  zijn onverantwoord! Daar is meer informatie over nodig voordat dit wordt toegestaan maar dat vinden SodM en EZK niet nodig, zonder dat zij dit onderbouwen.

Zie ook

Kamervragen ChristenUnie over winningsplan Nedmag

25 juni 2020 | Stop Zoutwinning

Vragen van de leden Dik-Faber en Van der Graaf (beiden ChristenUnie) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het ontwerpinstemmingsbesluit Winningsplan Nedmag en de zoutwinningsactiviteiten in Zuidwending (ingezonden 25 juni  2020).


Vraag 1
1. Welke advies is er door de betrokken waterschappen uitgebracht over het ontwerpinstemmingsbesluit voor zoutwinning door Nedmag in NoordNederland, en neemt de u dit advies over? Zo nee, hoe rechtvaardigt u dat?
Zo ja, hoe gaat u deze adviezen verwerken in uw definitieve besluit?

Vraag 2
Welke adviezen zijn er door overige lokale overheden uitgebracht over het ontwerpinstemmingsbesluit voor zoutwinning door Nedmag in NoordNederland, en neemt de u deze adviezen over? Zo nee, hoe rechtvaardigt u dat? Zo ja, hoe gaat u deze adviezen verwerken in uw definitieve besluit?

Vraag 3
Erkent u dat, wat betreft mijnbouw en schadeafhandeling, het vertrouwen van inwoners van Groningen ernstig geschonden is en dat deze unieke situatie vraagt om het inbouwen en aanbieden van extra zekerheden in het zoutwinningsbesluit?
Hoe gaat u tegemoetkomen aan de zorgen die leven in de regio over zoutwinning?

Vraag 4
Erkent u dat de cumulatieve effecten in de bodem van extra bodemactiviteiten onzeker zijn? Hoe past u het voorzorgsprincipe in deze situatie toe, zeker in het licht van het eerdere incident bij het veld Tripscompagnie en incidenten in het buitenland? Hoe gaat u om met de notie van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) dat het risico op schade klein is, maar dat bij het realiseren
van dat risico, de schade voor het milieu wel heel groot is? Waarom volgt u het advies van het SodM niet op om de zoutcaverne Tripscompagnie-9 te sluiten?

Vraag 5
Hoe komt u tegemoet aan het feit heel moeilijk zal zijn om bij schade door eventuele bodemdaling of andere gevolgen voor de bodem aan te tonen dat er een causaal verband is tussen zoutwinning en de schade, juist omdat er sprake is van een opeenstapeling van bodemactiviteiten? Heeft u in dat licht kennisgenomen van het feit dat er 400 schadeclaims uit het verleden zijn afgewezen door Nedmag, juist op deze grond? Bent u bereid om op basis hiervan alsnog te kiezen voor een omkering van de bewijslast bij schade door zoutwinning?

Vraag 6
Wie draagt de kosten die moeten worden gemaakt wanneer er door ongelijke bodemdaling, veroorzaakt door zoutwinning, meer grondwater weggepompt moet worden? Deelt u de mening dat deze kosten door Nedmag zouden moeten worden gedragen?

Vraag 7
Heeft u onderzoek gedaan naar de impact op het milieu van het achterblijven van 90% van de gebruikte diesel in de zoutwinningsputten? Kunt u ook toelichten waarom eventuele alternatieven als minerale of biologisch afbreekbare olie minder impact zouden hebben?

Vraag 8
Hoe waarborgt u dat Nedmag de putten goed afdekt?

Vraag 9
Waarom heeft u gekozen voor een besluit met toestemming voor zoutwinning voor 25 jaar? Bent u bereid de duur van het besluit flink te verkorten, zodat er veel meer ruimte is voor tussentijdse evaluatie en ingrijpen wanneer de veiligheid voor mens en milieu daarom vraagt?

Vraag 10
Hoe kunnen lokale overheden en andere belanghebbenden een onderbouwd oordeel vellen over het besluit wanneer een cruciaal element, het meet- en regelprotocol, nog ontbreekt? Bent u bereid uw besluit aan te houden tot dit meet- en regelprotocol is uitontwikkeld?

Vraag 11
Bent u bereid om het in werking treden van het (aangepaste) toestemmingsbesluit te verbinden aan het gerealiseerd hebben van deze financiële veiligstelling van Nedmag om bij het einde van de winning het opruimen, de continuïteit van maatregelen in het waterbeheer en de afhandeling van eventuele toekomstige schade te waarborgen?

Vraag 12
Kunt u reflecteren op de lokale maatschappelijke kosten en baten van deze zoutwinning? Is er volgens u een rechtvaardige verdeling tussen baten en risico’s?

Vraag 13
Bent u bereid verder onderzoek te doen naar de wenselijkheid van hergebruik van cavernes in Zuidwending? Bent u bereid hierbij de verschillende risico’s te onderzoeken van de diverse stoffen die in deze cavernes zouden kunnen worden opgeslagen, zoals gas, perslucht, waterstof of CO 2

Midden-Groningen blijft mordicus tegen verdere zoutwinning door Nedmag (en laat dat Den Haag ook weten)

25 juni 2020 | Dagblad van het Noorden | Louis van Kelckhoven

“Midden-Groningen blijft tegen verdere zoutwinning door Nedmag. De al eerder ingezette harde lijn tegen de Veendammer zoutwinner blijft onverkort van kracht.”

“Het college gaat een zienswijze indienen op het ontwerpbesluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) om nieuwe zoutwinning door Nedmag toe te staan.” Lees verder…

College Midden-Groningen verzet zich tegen nieuwe zoutwinning

25 juni 2020 | Gemeente Midden-Groningen

Vanwege het ontbreken van maatschappelijk draagvlak, de potentiële milieurisico´s en de leefbaarheid in het gebied heeft het college besloten tegen nieuwe zoutwinning te stemmen. 

Het college wil een zienswijze indienen op het ontwerpbesluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat om bij Nedmag nieuwe zoutwinning toe te staan. Daarvoor vraagt zij eerst de gemeenteraad van Midden-Groningen om een reactie op de voorgenomen zienswijze.

Wethouder José van Schie: “Als het aan het Ministerie van EZK en het Staatstoezicht op de Mijnen ligt, mag Nedmag dit jaar een aantal nieuwe zoutwinningsputten openen. Dit leidt tot verdere bodemdaling in het kerngebied rond Tripscompagnie en brengt een aantal potentiële risico´s op calamiteiten in de toekomst met zich mee.

Ook vinden wij dat er een betere schaderegeling moet komen waarbij bewoners niet van het kastje naar de muur worden gestuurd. Mocht de zoutwinning wel doorgaan dan moeten er vooraf harde financiële afspraken gemaakt worden met Nedmag, over de door het Rijk vereiste financiële waarborg tijdens de productie en bij het beëindigen van de zoutwinning”.

Behandeling in de gemeenteraad
Dit onderwerp wordt in de raadsvergadering van 2 juli behandeld.

De zienswijze en de bijbehorende stukken zijn in te zien via de digitale agenda van de raadsvergadering van 2 juli 2020.